Twee recente, ‘richtinggevende’ uitspraken van de Raad van State en een maatschappelijke misinterpretatie van een juridisch begrip geven verwarring. ‘Niet-belanghebbenden toch bij bestuursrechter in beroep’ schrijft de Raad in een medio-bericht. Staat hier wat velen denken te lezen?
Op bezwaar en beroep door belanghebbenden tegen een besluit is de Algemene wet bestuursrecht (Awb) van toepassing. De wet omschrijft een belanghebbende als ‘degene wiens belang rechtstreeks bij een besluit is betrokken’. Een besluit is ‘’een schriftelijke, publiekrechtelijke rechtshandeling door een bestuursorgaan’ waartoe deze ‘alle nodige kennis vergaart over relevante feiten en af te wegen belangen’.
Vanwege dit laatste bepaalt de Awb voor bepaalde besluiten dat belanghebbenden op het ontwerp daarvan zienswijzen kunnen indienen. Het is de zgn. uitgebreide openbare voorbereidingsprocedure (UOV) in art. 6:13 Awb.
Het Europees Hof van Justitie leest in deze Nederlandse regeling een beperking in de toegang tot de bestuursrechter. Het acht het (prejudicieel) in strijd met het Verdrag van Aarhus. Een vrije geest kan het ook nog strijdig met art. 17 Grondwet achten: ‘niemand zal worden afgehouden van de rechter die de wet hem toekent’’.
Hoe ook, met respect voor deze prejudiciële beslissing besliste de Raad van State vervolgens in april dat voortaan ook beroep op de bestuursrechter openstaat voor belanghebbenden die niet (eerder) met een zienswijze deelnamen aan de UOV. Dat leidt tot een ruimere ingang naar de rechter, voor belanghebbenden wel te verstaan en alleen bij zgn. Aarhus-besluiten. Dat zijn alle omgevingsrechtelijke kwesties (inclusief Wet RO en Wet natuurbescherming).
Over de positie van niet-belanghebbenden die wel eerder zienswijzen indienden ging de mei-uitspraak van de Raad van State. Daarin werd bepaald dat wanneer het omgevingsrecht aan ‘eenieder’ de mogelijkheid biedt tot een zienswijze ook die personen bij de bestuursrechter in beroep kunnen. Dit in afwachting van een wetswijziging.
Helaas hanteerde de Raad van State richting media het woord belanghebbend en niet-belanghebbend, daarbij voorbijgaand aan de maatschappelijk lading van dit begrip. Want wat onverminderd blijft is dat er geen ingang naar de bestuursrechter is voor een persoon die opkomt tegen een rechtsregel die niet is geschreven om zijn of haar belangen te beschermen. Zo iemand is direct weer bij de uitgang.
Mr Ewald L.J. van Hal
Directeur vereniging Koninklijke Nederlandse Bouwkeramiek, namens NVTB
Lees de column op de website van Cobouw