Vul een zoekwoord in:

NEa onderzocht CO2 efficiëntie Nederlandse industrie

Vandaag presenteerde de Nederlandse Emissieautoriteit (NEa) de resultaten van een vergelijking tussen de CO2-efficiëntie van de Nederlandse industrie in 2018 en de nieuwe EU ETS benchmarkwaarden zoals die gelden vanaf 2021.

Uit dit onderzoek blijkt dat bedrijven in de sectoren raffinage, aardolie- en gaswinning en vervaardiging van niet metaalhoudende minerale producten zoals keramiek, glas en asfalt gemiddeld genomen het verst onder benchmarkniveau produceren.

 

Voor de sector keramiek ziet branchekoepel KNB in de resultaten bevestiging dat EU ETS benchwaarden niet representatief zijn voor de Nederlandse keramische industrie en voorts productbenchmarks te generiek kunnen zijn. De EU ETS benchwaarden zijn vastgesteld op het niveau van de 10% best presterende bedrijven in een sector.  Deze bedrijven zijn vooral in Zuid Europa te vinden vanwege de andere kleisoorten en de behoefte aan bouwkeramiek met andere productkenmerken.

Hoewel KNB al langer pleit voor meer maatwerk in de benchmarks besloot de Europese Commissie ook voor de 4e handelsfase (2021 – 2030) geen nieuwe benchmarks te introduceren. Op die wijze wordt de uit natte Nederlandse rivierklei gemaakte, aan weer en wind blootgestelde gevelbaksteen energetisch vergeleken met de uit droge kleiwinningen gebakken en beschermd geplaatste binnenmuurbaksteen. Deze vergelijking is niet realistisch en doet geen recht aan de verduurzaming door Nederlandse fabrikanten van bouwkeramiek.

Eerder wees KNB al op de gevolgen van een Nationale CO2-heffing naast de forse aanscherping van de EU ETS benchmarks voor sectoren die vanwege proces- of productkenmerken weinig of geen handelingsperspectief hebben. Deze sectoren zullen verzwakken en steeds meer moeite hebben om in Nederland te verduurzamen. Het zal de maatschappelijk behoefte aan bouwkeramiek niet verminderen en daarmee leiden tot koolstofimport.  

KNB is van mening dat het gebruik van nationale of meer specifieke EU ETS benchmarks voor (keramische) bedrijven een juiste referentie zou zijn. De Nederlandse Emissieautoriteit NEa kan deze zelf vaststellen aangezien deze voor alle ETS-bedrijven over de benodigde gegevens beschikt. Op die wijze wordt ook het aantal toe te kennen uitstootrechten onder de Nationale CO2-heffing beïnvloedt zodat de internationale concurrentiepositie niet onnodig verslechtert.